Vaccinatie rotavirus vanaf 2024 in Rijksvaccinatieprogramma

9 januari 2024


Vanaf 2024 is vaccinatie tegen het rotavirus opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma (RVP). Alle ouders van baby’s geboren vanaf 1 januari 2024 ontvangen een uitnodiging voor vaccinatie. De rotavirusvaccinatie is geen prik, maar wordt gegeven door druppels in de mond. Dit gebeurt op het consultatiebureau.

Het rotavirus veroorzaakt een ontsteking aan de maag en darmen en is heel besmettelijk. Kinderen krijgen koorts, (hevige) diarree, worden misselijk en moeten overgeven. Een infectie met het rotavirus komt vaak voor bij jonge kinderen. Toch is het rotavirus niet zo bekend. Dat komt omdat je de infectie alleen met laboratoriumonderzoek kunt aantonen. En dat wordt lang niet altijd uitgevoerd als kinderen diarree hebben.

Ziekenhuis

Als kinderen door langdurige of hevige diarree uitdrogen, moeten ze naar het ziekenhuis. Dat gebeurt elk jaar met ongeveer 3.500 kinderen. Jaarlijks overlijden 5 tot 6 kinderen aan de gevolgen van een rotavirusinfectie.

Bescherming tegen rotavirus

Om ziekenhuisopnamen en overlijden te voorkomen, wordt vaccinatie tegen het rotavirus vanaf 2024 aan het Rijksvaccinatieprogramma toegevoegd. Het rotavirusvaccin beschermt kinderen tegen ernstig ziek worden door het rotavirus. De bescherming van het vaccin duurt minimaal 3 jaar. Kinderen zijn hiermee beschermd op de leeftijd waarop zij het meest kwetsbaar zijn.

Bestaand vaccin via druppels

Het rotavirusvaccin is geen prik, maar een vloeistof in een kleine tube. Deze vloeistof krijgen kinderen op het consultatiebureau in de mond gedruppeld. Kinderen krijgen de druppels rond de leeftijd van 6 tot 9 weken en nog een keer rond de leeftijd van 3 maanden. Het vaccin is niet nieuw: sinds 2006 wordt het in steeds meer landen gegeven. Daar is het aantal ziekenhuisopnamen van kinderen met een rotavirusinfectie flink gedaald.

Bijwerkingen

Zoals bij elke vaccinatie kunnen er bijwerkingen zijn na een vaccinatie met het rotavirusvaccin. Kinderen voelen zich dan niet zo lekker of krijgen een beetje diarree. Dat is minder erg en duurt korter dan de klachten die door het virus ontstaan. Er kunnen ook andere (zeldzame) bijwerkingen zijn. Die staan vermeld op de website van het Rijksvaccinatieprogramma