Hand-, voet- en mondziekte



Hand-, voet- en mondziekte is een besmettelijke ziekte die door een virus wordt veroorzaakt. Volwassenen en kinderen kunnen het virus krijgen. Er komen dan pijnlijke kleine blaasjes in de mond, aan de handen en aan de voeten. Voor zwangeren is er geen verhoogd risico. Pasgeboren baby's hebben de eerste 10 dagen na de geboorte een grotere kans om erger ziek te worden.

Goed je handen wassen

  • Maak je handen nat met water
  • Gebruik vloeibare zeep
  • Was je handen 15 seconden lang
  • Spoel je handen af met water
  • Droog je handen met papieren handdoekjes

Bekijk onze video over handen wassen

Hoe krijg je het?

Hand-, voet- en mondziekte is erg besmettelijk. Iedereen (jong en oud) kan het virus krijgen. Het virus kan aan de handen komen en in de mond terecht komen:

  • Door het vocht uit de blaasjes
  • Door druppeltjes die door hoesten en niezen in de lucht komen
  • Via ontlasting, de toiletbril, spoelknop, kraan, deurkruk en lichtknop van het toilet
  • Via andere dingen waar een zieke mee heeft gespeeld of gewerkt
  • De ziekte is al besmettelijk voor anderen voordat iemand zelf klachten heeft.

Bekijk onze video over hand-, voet- en mondziekte

Wat moet ik doen?

Er zijn geen medicijnen of inentingen die de ziekte voorkomen. Om hand-, voet- en mondziekte te voorkomen is het belangrijk om op het volgende te letten:

  • Netjes hoesten en niezen
  • Was regelmatig de handen met water en zeep
  • Vermijd contact met vocht uit de blaasjes van mensen met hand, - voet en mondziekte
  • Maak het toilet en ander dingen waar mee gespeeld of gewerkt is dagelijks schoon met gewone schoonmaakmiddelen
  • Een pasgeboren baby kan hoge koorts krijgen en soms ook suf worden. Waarschuw dan meteen de huisarts.

Moet ik thuisblijven?

Voel je je goed? Dan kan je gewoon naar werk of jouw kind kan gewoon naar school. Je bent al besmettelijk voordat duidelijk is dat je hand-, voet- en mondziekte hebt. Het kan andere mensen al hebben besmet en daarom helpt thuis blijven niet om verspreiding van hand-, voet- en mondziekte te voorkomen.